Bereidingswijze
Los de gist op in wat lauw water.
Stort de bloem uit op het werkblad (bij voorkeur een granieten of marmeren werkblad) en maak een kuiltje in het midden.
Doe gist, olijfolie en een snuifje zout in het kuiltje en begin te kneden.
Mocht het deeg te droog blijven, voeg dan wat water bij.
Wordt het te nat, bestuif het dan met bloem.
Kneed net zolang totdat het brood elastisch is en niet meer blijft kleven aan je handen.
Doe het deeg in een kom, dek af met een doek en zet het op een warme, tochtvrije plek om te rijzen.
Het volume moet verdubbelen.
Kneed het deeg nog even door en druk op een met olijfolie ingevette bakplaat of steen als je dat hebt.
Het deeg mag een dikte van ongeveer 2 cm hebben.
Prik met een vork of met de punt van een mes.
Plaats er op regelmatige afstanden kerstomaatjes in.
Bak het brood af in 20 tot 30 minuten op 200°C.
Besprenkel recht uit de oven met olijfolie en zeezout of andere kruiden en serveer.