Bereidingswijze
Week de rozijnen van de avond tevoren in de rum en voeg ze 2 minuten voor het kneden van het briochedeeg eraan toe.
Druk het deeg met bebloemde vingers uit tot een ronde lap.
Til de randen op en over het midden heen en vorm een bal van het deeg.
Maak de bal tussen de handpalmen mooi rond door hem over het werkvlak te rollen zodat het deeg gelijkmatig zal rijzen.
Druk met de vingertoppen een gat in het midden van het deeg.
Beboter een tulbandvorm van 23 cm doorsnede en verdeel de geschaafde amadelen gelijkmatig over de vorm.
Leg het deeg in de vorm en druk het naar benenden tegen de met amandelen beklede wand.
Laat hem afgedekt met een schone theedoek anderhalf uur rijzen bij kamertemperatuur.
Breng voor de siroop het water met 300 gram suiker in een steelpan aan de kook.
Roer er van het vuur het amandelpoeder en het oranjebloesemwater erdoor.
Laat afkoelen en zet in de koelkast.
Klaar de boter.
Verwarm de oven voor op 180°C.
Bak de gerezen tulband 35 minuten en stort hem nog heet uit de vorm.
Bestrijk hem eerst met de geklaarde boter en daarna met de siroop.
Strooi de suiker over de tulband.