Bereidingswijze
Voorverwarm de oven op 210°C.
Schil de appelen, verwijder het klokhuis en snijd in kwartjes.
Giet de suiker in een pan.
Voeg de boter in klontjes toe en meng.
Doe er vervolgens de appelen bij.
Laat op een zacht vuurtje stoven.
Draai regelmatig om totdat de appelen gaar zijn en volledig in karamel gehuld zijn.
Neem van het vuur, bestrooi met kaneelpoeder en laat enkele minuten afkoelen.
Rol het kruimeldeeg uit op een met bloem bestoven werkvlak.
Snijd er vier vormen uit met een iets grotere diameter dan de bakvormen.
Vet de vormen in met boter.
Schik de appelen op de bodem.
Leg er dan het schijfje deeg op.
Laat 20 tot 25 minuten bakken in de oven.
Haal de vorm uit de oven en plaats er kleine borden op.
Laat 5 minuten afkoelen.
Ontvorm de taartjes met een snelle beweging omgekeerd op de borden.
Dien lauw op.