Bereidingswijze
Maak de wortels schoon en snijd ze in rondjes.
Kook ze beetgaat in een weinig gezouten water.
Giet af en spoel overvloedig met koud water.
Laat ze door en door koud worden in de koelkast.
Hak de koriander en de bladpeterselie fijn.
Snipper de sjalot.
Pers de citroen.
Meng de wortelen met de koriander, bladpeterselie, sjalot, komijn en olijfolie.
Breng op smaak met de citroen, peper en zout.
Laat nog minstens 1 uur in de koelkast rusten.