Bereidingswijze
Om een goed resultaat te krijgen, moet het deeg 3 maal rijzen!
Warm de melk op tot lauw.
Roer er de helft van de suiker en de gist door.
Smelt de boter.
Zeef de bloem in een diepe kom.
Giet er het gistmengsel bij en kneed door tot een voordeeg.
Dek de kom af met een handdoek en zet een kwartier op een warme plaats.
Als de boter afgekoeld is klop je hier het zout, de rest van de suiker en 2 eieren door.
Giet dit bij het voordeeg en mix met deeghaken het deeg totdat er zich luchtbellen in vormen.
Strooi er wat bloem over en dek opnieuw af.
Laat opnieuw een kwartier rijzen.
Leg het deeg nu op een met bloem bestoven oppervlakte en werk er de chocoladekorrels door.
Vorm er een lange rol van.
Vorm mooie bolletjes van ongeveer 80 gram.
Schik ze op een ovenschaal bekleed met bakpapier.
Klop het overgebleven ei los en strijk hiermee de bolletjes in .
Laat de brioches nog 10 minuten rijzen op een warme plaats.
Voorverwarm ondertussen de oven op 220°C.
Bak ze gedurende een kwartier in de oven.
Serveer ze lauw warm.