Bereidingswijze
Verwarm de oven voor op 180°C.
Snipper de ajuin.
Snijd de ham in stukken.
Kook de eieren hard, laat afkoelen en snijd in schijven.
Snijd de mozzarella in groven stukken.
Maak eerst de tomatensaus: verhit de olie in een diepe pan, fruit hierin de ajuin tot hij glazig is.
Voeg het gehakt toe en plet het met een vork tot het helemaal rul gebakken is.
Voeg de passata toe en de bouillon.
Laat 1 uur op zacht vuur sudderen.
Voeg dan de erwten toe, breng weer aan de kook, zet het vuur weer zachter en laat nog 15 minuten sudderen, tot de erwten gaar zijn.
Proef af met peper en zout.
Maak dan de bechamelsaus: smelt de vetstof in een pot met dikke bodem op middelhoog vuur.
Als de vetstof gesmolten is de bloem toevoegen en goed roeren.
Neem de pot van het vuur en giet - onder voortdurend flink roeren met een garde - de melk erbij.
Roer alles goed tot een homogeen geheel zonder klonters, zet de pot dan terug op het vuur en breng op zacht vuur aan de kook; blijven roeren!
Als de saus kookt een paar minuten laten pruttelen en dan van het vuur halen.
Voeg dan de geraspte kaas toe en roer tot hij gesmolten is.
Proef af met peper, zout en nootmuskaat.
Neem nu een vuurvaste schotel.
Doe hierin 1 lepel tomatensaus en verdeel die goed op de bodem.
Leg hierop een laag lasagnevellen, hierop een laag tomatensaus, stukjes hesp, schijfjes ei en stukjes mozzarella.
Hierop een laag lasagnevellen en een laag bechamelsaus.
Doe zo verder (lasagne, tomatensaus met vulling, lasagne, bechamelsaus), eindig met een laag lasagnevellen en een flinke laag bechamelsaus.
Bestrooi met de overige geraspte kaas.
Bak de lasagne gedurende ongeveer 30 tot 45 minuten, totdat deze heet is vanbinnen.
Haal uit de oven en laat 10 minuten rusten voor je de lasagne aansnijdt.
Dien op met stokbrood.