Bereidingswijze
Kneus de witte peperboller.
Schil de gemberwortel en snijd in dunne plakjes.
Doe de peperkorrels en de kruidnagels in een droge pan op hoog vuur.
Rooster ze gedurende 1 minuut of totdat ze hun aroma vrijgeven.
Haal ze dan meteen van het vuur.
Doe de wijn, de suiker, het water, de peperkorrels, de kruidnagels, de gember en de kaneelstok in een kom.
Zet op hoog vuur en roer totdat de suiker is opgelost.
Laat het dan zonder nog te roeren 8 minuten koken.
Voeg dan de abrikozen toe, breng terug aan de kook, zet het vuur laag en laat 5 minuten sudderen.
Schep ze met een schuimspaan uit de karamel en laat ze meteen afkoelen in ijskoud water.
Zodra ze afgekoeld zijn, schil je ze en ontpit.
Leg ze in een kom.
Breng ondertussen de stroop terug aan de kook en kook in tot een dikke saus.
Proef af met nootmuskaat.
Laat de saus dan afkoelen en giet over de abrikozen.
Dek af met plasticfolie en zet tot gebruik weg in de koelkast.