Bereidingswijze
Dit is een recept van : De Kookfanaten Hobbykoken Antwerpen
Sla de kalkoenlapjes plat.
Snipper 1 sjalot en de peterselie zeer fijn.
Meng het gehakt met de fijngehakte sjalot, peterselie, paneermeel en een eidooier.
Kruid met peper en zout.
Vul de kalkoenlapjes met dit mengsel en rol stevig op.
Wikkel in aluminiumfolie, zorg hierbij dat het goed ingepakt en gesloten is.
Bak het vlees gedurende 35 minuten in een oven van 200°C.
Laat hierna het vlees nog 10 minuten rusten.
Snijd de appel horizontaal middendoor, verwijder het kolkhuis en hol indien nodig lichtjes verder uit.
Stoof de veenbessen in wat rode wijn met suiker op een zacht vuurtjes.
Doe wat suiker op de appel, plaats gedurende 15 minuten in een oven van 190°C.
Vul de appelhelften op met de veenbessen in rode wijn.
Reinig het witloof en maak de blaadjes los.
Besprenkel met wat citroensap.
Stoof aan in boter en wat suiker, kruid goed met peper en zout.
De aardappelen reinigen en gaarkoken in gezouten water.
De knolselder reinigen en versnijden in kleine stukken.
Kook 200 gram gaar in 2 dl room.
De gekookte aardappelen en knolselder samenvoegen.
Goed fijnstampen met een pureestamper.
Kruiden met peper, zout en nootmuskaat.
Snipper de andere sjalot fijn.
Laat samen met 25 gram knolselder lichtjes kleuren in boter.
Blus met cognac en porto.
Voeg er de fond bij en laat inkoken.
Tweemaal passeren door een fijne zeef.
De rest van de room inkoken tot de helft.
Voeg beiden bij elkaar.
Warm terug op en kruid met peper en zout.
Maak vooraan een spiegel van saus op het bord en schik daar de schuin versneden gevulde kalkoenlapjes op.
Maak links bovenaan een waaier van gestoofd witloof en plaats hierin het appeltje.
Lepel wat veenbessen op de appel.
Plaats rechts bovenaan 3 quenelles van knolselderpuree.